Hoe familiebedrijf Stolk Brothers zijn planten biologisch gezond houdt

De broers Pieter (39) en David Stolk (37) uit Bergschenhoek vormen samen Stolk Brothers, een familiebedrijf met acht hectare kassen, dat is gespecialiseerd in het telen van anthurium. Deze bloeiende kamerplant herken je aan de kleine bloemetjes op een smalle ‘bloeikolf’ met daaromheen een kenmerkend rood-, wit-, roze-, oranje- of geelgekleurd schutblad. Stolk Brothers was bijna dertig jaar geleden een van de eerste plantenkwekerijen die op een biologische manier zijn planten gezond probeerde te houden. Vandaag de dag gebruiken ze daardoor nauwelijks chemische gewasbeschermingsmiddelen meer. Hoe hebben ze dat voor elkaar gekregen?

Net zoals een mens is ook een plant weleens ziek. Bij planten komt dat vaak doordat schadelijke insecten zoals bladluis, spint en trips gaatjes in de bladeren prikken om de plantsappen daaruit op te zuigen. Om te voorkomen dat de bladeren verkleuren en de plant uiteindelijk doodgaat, moet een teler snel actie ondernemen. Door het spuiten van chemische gewasbeschermingsmiddelen kunnen schadelijke insecten en bijvoorbeeld schimmelziekten een halt worden toegeroepen.

Bij Stolk Brothers was het bespuiten van planten om die reden de normaalste zaak van de wereld. Tot 1992, het jaar waarin alles veranderde. “Mijn vader en oom, die toentertijd samen het bedrijf runden, merkten dat ze − elke keer dat er gespoten was – als allergische reactie last van eczeem kregen. Ze legden al gauw de link met chemische gewasbeschermingsmiddelen. Vanaf die tijd besloten ze op zoek te gaan naar biologische manieren om ziekten en plagen te bestrijden”, vertelt David Stolk.

Pioniers
Samen met Koppert, leverancier van biologische gewasbescherming, experimenteerden de twee er op los. “Slechts een handjevol telers durfde dat aan, dus mijn vader en oom behoorden echt tot de pioniers op dat gebied.” In de acht jaar die volgden, lukte het stapje-voor-stapje om met beestjes zoals roofmijten, sluipwespen, gaas- en zweefvliegen andere schadelijke beestjes te bestrijden. “Mijn broer en ik zijn als opvolgers doorgegaan op die ingeslagen weg. In de kas is een ecologisch systeem gecreëerd waarin we constant werken aan een natuurlijk evenwicht tussen plaaginsecten en beestjes die van nature hun vijanden zijn.”

Biologische middelen
Sinds de eeuwwisseling is het gebruik van biologische bestrijders in de glastuinbouw geleidelijk aan gemeengoed geworden. “Dat pionieren was dus vooral in de eerste acht jaar na 1992 aan de orde. Inmiddels zijn alle telers wel met biologische gewasbescherming vertrouwd geraakt. Als bedrijf moet je gewoon zorg dragen voor je omgeving. We doen er daarom alles aan om zo weinig mogelijk chemische gewasbeschermingsmiddelen te gebruiken. Zo zetten we vaak biologische gewasbeschermingsmiddelen in, bijvoorbeeld tegen trips en luis. Het is ons weleens een jaar lang gelukt geen enkel chemisch middel te gebruiken. Onze ervaring is echter dat chemie in sommige situaties helaas de enige afdoende oplossing is.”

Vitaminen
Om te voorkomen dat planten ziek worden, dus ter preventie, maakt Stolk Brothers ook gebruik van zogenoemde biostimulanten en schimmelpreparaten. “Dat zijn biologische middelen op basis van bijvoorbeeld zeewier, bio-calcium of bepaalde goedaardige aaltjes en schimmels. Deze ‘plantversterkers’ geven we mee met het gietwater, waardoor de plant weerbaarder wordt en minder meststoffen nodig heeft. Vergelijk het met vitaminen die je slikt waardoor je ’s winters minder snel ziek wordt. Dankzij de biostimulanten en schimmelpreparaten wordt de anthurium een plant die je als consument niet meer hoeft bij te voeden met bijvoorbeeld Pokon. Hij is al sterk genoeg van zichzelf.”

Biodiversiteit
Ook buiten de kas let Stolk Brothers op het ecosysteem. “We hebben bewust veel groenstroken rondom onze kassen aangelegd, met gras, heggen en bomen. In die bomen hangen nestkastjes om het aantrekkelijk te maken voor vogels”, legt David uit. Daarnaast heeft de kwekerij, samen met een lokale natuurorganisatie, een tweeduizend vierkante meter groot ‘biodiversiteitsveld’ aangelegd. “Daarin zijn wilde bloemen aangeplant die insecten zoals bijen aantrekken. Samen met de natuurorganisatie tellen we welke en hoeveel insecten dit veld aantrekt. Zo krijgen we een idee in hoeverre de biodiversiteit rond ons bedrijf verbetert.”

Is het bedrijf niet bang dat de groenstroken ook schadelijke insecten aantrekken die misschien wel door de luchtramen de kas kunnen invliegen? David: “Dat zou inderdaad kunnen. Anthurium is vooral gevoelig voor trips en luis. Tot nu toe hebben we echter gemerkt dat die plagen niet vanuit de groenstroken de kas zijn ingekomen. Buiten de kas zien we namelijk  heel andere plaagbeestjes. Ons biodiversiteitsveld vormt dus gelukkig geen bedreiging voor onze teelt.” Dat kan niet gezegd worden van de naastgelegen boerderij. “Als onze buurman in het najaar zijn mais oogst, sluiten we wél de ramen. Anders waait er veel stof en luis de kas in. Dat willen we natuurlijk voorkomen.”

Tuinbouw Ondernemersprijs
De inspanningen van de broers op het gebied van biologische gewasbescherming en verbetering van de biodiversiteit werden eerder dit jaar beloond met het winnen van de Tuinbouw Ondernemersprijs. Deze prestigieuze award wordt jaarlijks uitgereikt aan een bedrijf dat uitblinkt in duurzaamheid, innovatie en goed werkgeverschap. Volgend jaar hopen we opnieuw een mijlpaal te bereiken. “We bestaan dan precies honderd jaar”, aldus David.

Geschiedenis
Stolk Brothers kent een geschiedenis die in 1925 begint, als Henk Stolk sla en komkommer gaat telen. Twintig jaar later neemt zoon Jan het stokje over. Hij legt zich toe op de teelt van sla en tomaten. Jans zonen, Piet en Kees, volgen hem op en zetten in 1978 een punt achter de groententeelt. In plaats daarvan gaan ze groene kamerplanten telen. Het bedrijf legt de focus vanaf 1990 op anthurium. Sinds 2012 staan Pieter en David als vierde generatie aan het roer van het familiebedrijf. Onder hun leiding worden jaarlijks zo’n tweeënhalf miljoen anthuriums geteeld, een klus waaraan dertig medewerkers dagelijks hun handen vol hebben. Voor de bloemen van Stolk Brothers kun je terecht bij de vestigingen van Intratuin, Tuinland, GroenRijk, De Bosrand en Coppelmans. Maar ook in de betere tuincentra buiten onze landsgrenzen − van Scandinavië tot aan Duitsland en Italië − kom je de anthuriums uit Bergschenhoek tegen.

Quincy von Bannisseht

Glastuinbouw Nederland - © 2024