Onderdrukking symptoomvorming PlAMV leliebroei
Beschrijving
Dit project bestaat uit twee delen. Ten eerste wordt door praktijkmonitoring getracht kritische teeltomstandigheden te identificeren, die van invloed zijn op de ernst van de symptoomvorming tijdens de broei. Ten tweede onderzoek naar middelen waarmee virussymptomen kunnen worden onderdrukt (crop enhancers, bladbemesting, bodemverbeteraars).
Resultaten
Het is de ervaring dat de typische virussymptomen van PlAMV (necrotische vlekken op het blad) ontstaan wanneer de plant onder specifieke stress-omstandigheden groeit. Visuele schade kan daarom mogelijk beperkt worden door PlAMV-partijen onder specifieke omstandigheden te telen die tot minder fysiologische stress leiden. Bij twee van de vier onderzochte viruszieke cultivars hebben teeltomstandigheden geen enkel effect op de mate van symptoomvorming; de ene cultivar is nagenoeg symptoomloos, de andere cultivar vertoont onafhankelijk van de teeltomstandigheden 100% visuele symptomen. Bij twee andere cultivars is relatief veel variatie tussen teeltlocaties gevonden. Ondanks gedetailleerde registratie van temperatuur, licht, substraatdetails en luchtvochtigheid, is er geen correlatie gevonden tussen één van deze parameters en symptoomvorming. Onderzoek naar middelen die eventueel actief tot symptoomonderdrukking zouden leiden, hebben geen echt kansrijke resultaten opgeleverd. Mogelijk dat Trianum-G een kleine symptoomonderdrukkende werking zou hebben in een cultivar die normaal beperkte symptomen laat zien. In gesprekken met met name exporteurs en broeiers zijn diverse ervaringen verzameld waarmee de PlAMV-schade in de broei beperkt kan worden. Deze ervaringen zijn in het rapport samengevat.
Projectnummer | 14518 |
---|---|
Looptijd | 01-10-11 - 30-11-12 |
Afgerond | Ja |
Uitvoerder | PPO Bloembollen |
Document |